Terug

Scan voor CodexCoëfficiënt

Ik zag Cecilia komen

Pagina in liedboeken:  
  1. Ik zag Cecilia komen,
    langs enen waterkant.
    Ik zag Cecilia komen
    met bloemekens in haar hand.
  2. Zij zag naar haren herder,
    den herder Floriaen,
    die ook zijn schaapjes weide
    langst de zelfde baan.
  3. Cecilia ging zingen,
    haar hert docht haar t' ontspringen.
    Dit hoorde haren herder,
    hij kwam bij haar terstond
    en kuste zijn Cecilia
    aan haren roden mond.
  4. De herders al tezamen,
    die waren vol jolijt.
    Die kwamen haar vertonen,
    in deze zomertijd.
  5. En Flora haar vertoonde
    met bloempjes in haar schoot,
    daar zij mee bekroonde
    Cecilia het hoofd.
  6. Het ging daar met genugten.
    Zij plukte zoete vruchten.
    Het was daar al victoria.
    Victoria.
    Elk wensten veel geluk
    aan de bruid Cecilia.
  7. Cecilia zag den herder,
    den herder Floriaen,
    met zijn kudde schapen
    komen van achter aan.
  8. Hij omhelsde zijn Cecilia,
    zijn overschone bruid.
    De lieflijke traantjes,
    die vloeiden beide uit.
  9. Denk eens wat een zuchten,
    dat de liefde duchten,
    gaven daar te kennen
    eenen droefheid groot:
    'stonden wij malkander bij
    tot de uren van de dood.'

Auteursrechtinformatie over dit lied

Tekst verkregen via Leuvens Liedboek vzw
YouTube
YouTube
MuseScore